Ontwikkeling
De vermogenspositie per 31 december 2023 (jaarrekening 2023) en per 31 december 2024 (jaarrekening 2024 ten opzichte van die per 1 januari 2025 (begroting 2025 en 1 januari 2026 (begroting 2026) ziet er als volgt uit.
Omschrijving | Werkelijk | Werkelijk | Begroot | Begroot |
|---|---|---|---|---|
EIGEN VERMOGEN: | ||||
Bij/af: rekeningresultaat | 17.909.768 | 14.298.580 | 12.629.629 | 12.369.037 |
25.241.952 | 25.241.952 | 12.629.629 | 12.369.037 | |
| 3.224.445 | 4.273.629 | 12.087.727 | 4.189.629 |
| 4.333.897 11.531.890 | 10.454.492 18.205.049 | 10.454.491 15.380.521 | 16.988.898 12.552.504 |
TOTAAL EIGEN VERMOGEN | 44.332.184 | 50.772.750 | 50.552.368 | 46.100.068 |
VREEMD VERMOGEN: | ||||
| 9.792.424 | 12.142.042 | 8.986.816 | 10.750.171 |
TOTAAL EIGEN MIDDELEN | 54.124.608 | 62.914.792 | 59.539.184 | 56.850.239 |
(Incl. rekeningresultaat) | ||||
Correcties i.v.m. claims | 3.259.474 | 3.591.912 | 2.477.754 | 2.640.912 |
In de éénmalige sfeer 1) |
Toelichting:
- Kredieten die met éénmalige middelen worden afgedekt en nog niet zijn afgesloten leggen een claim (verwezen wordt naar de reserve investeringen éénmalige dekking). Bij het beoordelen van de vermogenspositie moet hier wel rekening mee worden gehouden.
Met betrekking tot de ontwikkeling van het eigen vermogen zouden wij op deze plaats, onder verwijzing naar de "Nota reserves & voorzieningen 2022” willen volstaan met de constatering dat het eigen vermogen door de jaren heen varieert tussen de € 44 en € 50 miljoen.
Van het eigen vermogen van € 46,1 miljoen per 1-1-2026 kan het volgende kan worden gesteld:
Reeds bestemd (bestemmingsreserves vermeerderd met de Reserve investeringen eenmalige dekking) | 15,19 milj. |
|---|---|
Financieel technische reserves | 16,99 milj. |
Gedeelte bestemd voor het opvangen van boekverliezen | 0,44 milj. |
Buffer voor de algemene dienst | 3,00 milj. |
Benodigde buffer voor het grondbedrijf | 0,29 milj. |
Reserve voorlopige winstneming Grex | 3,90 milj. |
Afronding | 0,00 milj. |
Resteert | 6,29 milj. |
De raad heeft onlangs besloten om het rekeningsresultaat ad € 3,5 miljoen niet toe te voegen aan de reserve IHP, zoals was voorgesteld, maar aan de algemene reserve. Dit kon niet meer verwerkt in de primitieven begroting in de stand per 1 jan. 2026.
Hierdoor neemt het vrij besteedbaar gedeelte van de algemene reserves in de eenmalige sfeer toe met € 3,5 miljoen tot € 9,83 miljoen.